TEMPO DOELOE
door Gree van Daatselaar-Somsen [53]
In Indonesië, voorheen Nederlands
Oost-Indië, bestaat een uitdrukking 'Tempo Doeloe', wat ongeveer betekent 'de
goeie ouwe tijd' of 'vroeger'.
Over vroeger, over zijn militaire
dienstperiode in 'Nederlands Indië' van mei 1946 tot en met oktober 1949
vertelt Bernard Somsen [1347], geboren op 13 september 1925, telg uit de
Slagharense Somsentak. (zie het boek Somsen
Omnes Generationes, pagina's 82 en 83).
Indië-monument
De
aanleiding tot deze terugblik op een ver verleden is dat de Gemeente
Hardenberg, in Overijssel, in mei 1998 een herdenkingsmonument heeft geplaatst
ter nagedachtenis aan gesneuvelde Nederlandse militairen uit die regio. Zij
kwamen om het leven ten tijde van de 'Politionele Actie' in het toenmalige
Nederlands-Indië.
Direct
na de Japanse capitulatie in 1945, aan het einde van de Tweede Wereldoorlog,
ontstond er in de Indische Archipel - eeuwenlang een rijke kolonie van
Nederland - een zeer hachelijke situatie. In het kort: Vrijheidsstrijders trokken
ten strijde om de macht over te nemen over hun land om zo hun doel te bereiken:
een zelfstandige Indonesische staat te stichten.
In
Nederland werden in allerijl militairen opgeleid om naar 'Indië' uitgezonden te
worden om orde en rust te herstellen,
zoals dat een halve eeuw geleden heette. Daarover denken we nu veel genuanceerder.
1946
Bernard Somsen en zijn vrouw
Hennie Somsen-Schetsberg [1348]
Bernard Somsen
Bernard
Somsen uit Slagharen, Overijssel, stapte
op
2 mei 1946 de poort van de Kornputkazerne in Steenwijk binnen. Hij kreeg te
horen: 'Jullie gaan naar Indië als dienstplichtige militairen'. Bernard en zijn
maten en ook zijn broer Johan Somsen [1350]
kregen
een bliksemopleiding van vijf maanden. Klaargestoomd voor hun dienst in
'Indië'.
Op
3 oktober 1946 vertrok het hele regiment Indiëgangers per schip, met 'De
Tegelberg' naar het Verre Oosten. Drie en een halve week voeren ze over de
oceanen, waarna ze werden ontscheept in de haven Priok. Met grote drietonners
werden de mannen naar Tana Abang bij Batavia, het huidige Djakarta, vervoerd.
De
eerste buitenpost waar de militairen werden gelegerd was bij een rubberfabriek.
Een vuurgevecht volgde al gauw, maar het bleek loos alarm. Vuurvliegjes in de
donkere tropennacht werden aangezien voor mensen met lichtjes…
Niet
veel later volgde een echt vuurgevecht in Tjisaoek. Gelukkig zonder
slachtoffers.
Maar
op 21 juli 1947 begon ook voor Bernard Somsen de Eerste Politionele Actie. Zijn
taak was om met anderen een bruggenhoofd te vormen over de rivier Tjitaroem.
Achtendertig bommen, die onder de brug lagen, werden onschadelijk gemaakt.
Bernard
weet ook nog te vertellen over een onbemande locomotief die vrijheidsstrijders
op de soldaten afstuurden en die aan Nederlandse kant een enorme ravage
aanrichtte.
Na
acht of negen maanden verhuisde Bernard Somsen per ossenwagen naar Pankalan.
Vanuit de lucht werden de militairen daar bevoorraad. Die droppings verliepen
niet altijd naar wens. 'Soms kwam er wel eens iets door het dak zeilen en soms
kwamen de blikken boter als het ware uit de grote palmbomen vallen'.
Zijn
peloton moest de dropping-parachutes vervolgens per pony weer terugbrengen.
'Misschien dat ik daarom later wel op het Ponypark Slagharen aan het werk ben
gekomen', vertelt hij glimlachend.
'We
hebben veel gevaarlijke situaties en barre omstandigheden meegemaakt, maar ook
hebben we onder elkaar hechte kameraadschap ondervonden. Ik kreeg de bijnaam
'Pa' van het peloton. Waarom? Vraag het aan mijn vrienden, ik weet het niet',
zegt Bernard bescheiden.
Eind
november 1948, nadat twee mannen uit zijn groep gesneuveld waren, verhuisde
Bernard naar
Koeningan.
Dit was zijn laatste buitenpost. In juni 1949 werd hij met een landingsboot
naar Priok gebracht en vanaf die plek naar de bekende kazerne aan de Berenlaan.
Nog
vaak moest hij wachtlopen bij de haven van Tandjong Priok. Weer kort: De
politieke situatie
werd
duidelijker. De staat Indonesië werd uitgeroepen en door beide regeringen en
staatshoofden bekrachtigd.
De
Nederlandse soldaten konden naar huis.
Het
bekende troepentransportschip 'De Waterman' bracht begin oktober 1949 de groep
van Bernard Somsen weer naar Nederland.
Een
thuiskomst om nooit te vergeten…!
'Pa Somsen'
'Vaak
heb ik gedacht: Wij zijn een vergeten groep. We moesten optreden in een zeer
penibele politieke situatie toen. Wie denkt daar nu nog over na? Daarom ben ik
wel heel content nu met de oprichting van het Indië-monument ter ere van en ter
nagedachtenis aan de omgekomen mannen uit die jaren.
Voor
mij zijn het geen verloren jaren geweest. Ik heb veel kameraadschap en trouw
ondervonden. Blijvende goede herinneringen'.
Van
zijn bijnaam: 'Pa Somsen' is Bernard nooit afgekomen. Bij iedere reünie met
zijn oude maten van de 3e compagnie, het 3e peloton, 9de
Regiment Infanterie is hij voor zijn dienstmakkers nog altijd 'Pa Somsen'.
1999
Bij het Indië-monument in Hardenberg.
l-r: Bernard Somsen [1347], zijn
kleinzoon Bart [2811] en zijn zoon Chris
[1382]
Bron: 'Sallander', streekblad
Hardenberg/Slagharen en omstreken, 5-8-1998. Met dank aan zoon Chris Somsen
[1382], die ons de gegevens en foto's verschafte.
Het ligt in ieders vermogen
over
alles wat mensen van elkaar scheidt
bruggen
te bouwen.
Wij
zijn allen bladeren aan één boom,
geen
blad lijkt op het andere,
het
ene symmetrisch, het andere niet,
en
toch
alle
even belangrijk in het geheel.